Hallo ik ben Cindy.
En de Traveler is mijn vakantie adresje maar eerst vertel ik iets over mijzelf.
Mijn naam is Cindy Veenstra, van der Galien, Bouchier, Schaap. Dat klinkt he. Ik lijk wel van Adel. Dat is niet zo hoor. Ik ben gewoon een langharige wolfs grauwe Duitse Herder, ook al zo ’n lange naam he.
Ik heb echter wel het geluk 4 hele lieve baasjes te hebben, echt met een super gouden randje. Voordat ik deze baasjes leerden kennen was mijn leven een stuk minder aangenaam, maar dat is een periode waar ik niet graag aan terugdenk. Ik woon in de watertoren van Leeuwarden met prachtig uitzicht over de stad. Mijn eerste twee baasjes werken allebei en proberen overdag regelmatig thuis te komen om mij uit te laten. Ik ben dan dolgelukkig en ik kan dan de buurtkrant weer even lezen.
De wandelingetjes zijn niet meer zo lang, want ik word as december 2012 alweer elf jaar en dat achterlijf van mij staat niet meer zo stabiel. Mijn tweede 2 baasjes werken ook allebeide, maar dat doen ze eigenlijk thuis en dat betekent aan boord. Zij hebben namelijk een binnenvaartschip en varen van de Noordzee tot aan de Middellandse Zee met vracht. Dit zijn mijn vakantiebaasjes, want ik mag bijna ieder jaar een paar weken mee. Afgelopen zomer zelfs 9 weken. Echt ik ben nog nooit zo heerlijk uitgerust en energiek weer thuisgekomen met een conditie waar je U tegen zegt. Een echte aanrader voor iedere viervoeter, die eens iets anders wil. Ik noem het altijd een actief “beautyboat arrangement”.
Van hun mag ik namelijk geen zwabber hebben als staart, dus die wordt altijd direct gekortwiekt tot acceptabele lengte. Ook de haren tussen mijn tenen worden gefatsoeneerd en mijn oogjes worden iedere dag gereinigd inclusief mijn ouderdomswratje. Dagelijks onderga ik als ik wakker word een heuse massage, zodat ik heerlijk relaxt aan een ontbijtje kan beginnen. Echter voordat ik aan de bak mag wordt ik steevast eerst aan de wal gezet. Dat is dolle pret, want deze baasjes houden van avontuur, struinen door de struiken en doen spelletjes, zoals verstoppertje en takken knippen, die ik dan lekker kan strippen. Meestal neem ik dan ook een lekker fris bedauwd grasbad.
Terug aan boord gaan ze varen en krijg ik mijn petit dejeuner, die altijd weer verrassend lekker smaakt. Ze verstoppen altijd wat lekkers tussen mijn anders zo saaie dagelijkse brokken. Soms doen ze er ook wel eens een pilletje in voor mijn gezondheid, daar word ik dan minder vrolijk van, maar meestal heb ik dat niet door als ik gretig het lever of kippenhartomhulsel naar binnen slik of ander verrukkelijke varianten. Na de maaltijd is het wel effe lekker om nog weer even in te dommelen, maar meestal krijg ik daar niet echt de kans toe, omdat het scheepsvrouwtje mij altijd dagelijks uitgebreid wil borstelen en uitgebreid is echt uitgebreid. Klitten onder mijn buik, oksels en liezen moeten er aan geloven. Maar na zo’n heftige dagelijkse schoonheidsbeurt ruik ik wel altijd lekker fris en krijg ik wel altijd iets lekkers in de vorm van een speciaal koekje.
Bij iedere sluis mag ik er af om mijn pootjes te strekken en even de krant te lezen, dat is overigens nog niet zo makkelijk, want die Franse slag heb je maar niet zo 123 te pakken. Maar op een reis met zo ’n kleine 245 sluizen spreek en lees ik op het eind van de vakantie natuurlijk vloeiend frawafns. Het is heerlijk om zo vrij door de natuur te mogen sjokken en uitgesproken goed voor mijn conditie. De neusgaten vullend met allerhande vreemde culinaire geuren van onbekende soortgenoten. Heel vaak word die neus van mij ook geprikkeld door geurtjes van heel ander soortige vierpotigen en daar word je best alert van, want je zult zo ’n vreemde soort maar te zien krijgen. Dat is pas echt spannend. Mijn bootbaasjes komen altijd heel veel verschillende soortgenoten tegen en varen dan echt heel gezellig samen. Zo komt het voor, dat ik dan ook wat gezelschap krijg van mijn soortgenoten en dat is soms wel even aanpassen. De jongelingen zijn vaak vermoeiend enthousiast in tegenstelling tot de ouderen, die altijd maar weer respect afdwingen wat soms wel eens frustrerend is, maar gelukkig heb ik brede schouders.
Afgelopen zomer 2012 was het smoor heet en was het echt hijgen en puffen. Gelukkig hebben mijn baasjes airco in de roef en dat is de hemel op aarde. Dat vond mijn buurvrouw KIA van het schip Picaro ook, dus die kwam regelmatig de roef met mij delen. Deze dame is wat meer van de oude stempel en eist zo haar territorium op. Ach ja en wij wijze “jongelingen” weten dan gepaste afstand te bewaren. Mijn baasjes hadden deze zomer een hele speciale verrassing voor me. Ze weten, dat ik gek ben op water zowel om te drinken als om in te badderen. Het liefste met wat grond onder de voeten, maar ja dat is natuurlijk niet altijd mogelijk. Op de Rhône bij Avignon stroomt het in de regel stevig en is het zonder begeleiding niet veilig om zomaar te gaan zwemmen ook al lonkt het koele water bij de enorme hoge temperaturen.
Ik mag dan alleen met mijn baasjes op plekjes te water waar de stroom mij niet kan meesleuren om mijn verhitte lijf te koelen. Om ook tijdens het varen deze luxe te genieten, hebben mijn baasjes een zwembadje gekocht en op het voordek geplaatst, welke ze met het koele rivierwater vullen. Ik ga er dan heerlijk in liggen en steek dan mijn kop tot achter mijn oren onder water. Deze weldaad kan ik uren volhouden. Dat is werkelijk goddelijk. Mijn buurvrouw KIA, die ook zo dol op water is komt mij zo nu en dan vergezellen in mijn privé bad. Nou het is haar van harte gegund hoor als ze maar niet de kattenkop uithangt, want dan ben ik effe niet thuis.
Na zo ’n drukke dag wil je wel even een uiltje knappen, ook al krijg je daar niet veel kans toe, want in de zomer hebben die 2voeters een uitgesproken hoog barbecue gehalte en je kunt begrijpen, dat mijn neus daar wel bij wil zijn. Niet dat ik kans maak tijdens zo ’n barbecue hoor, tenzij zo ‘n 2 voeter natuurlijk weer eens onhandig aan het jongleren is met een worstje. Ik kan er echter wel altijd op vertrouwen, dat ook mijn maaltijd weer heerlijk smaakt.